Jonas Van de Steene nog nooit zo sterk bij de start van het seizoen

Handbiker Jonas Van de Steene reed dit jaar al een eerste grote wedstrijd. In Rosenau eindigde hij – erg sterk – op een tweede plaats. Lochristinaar ging op de koffie en blikte met onze kampioen vooruit op het seizoen 2018.

“Super” is het korte, maar krachtige, antwoord van Jonas Van de Steene als we hem vragen hoe het met hem is. Het begin van een interview over het nieuwe seizoen 2018. Een seizoen dat het beste laat verhopen voor onze paralympiër uit Zaffelare.

Dag Jonas, hoe gaat het?

“ Super! Ik heb een heel goede winter achter de rug en bleef gespaard van ziekte. Na het WK in Pietermaritzburg (Zuid-Afrika) eind september 2017, nam ik twee weken rust. Daarna begon ik aan de opbouw voor het nieuwe seizoen. De hele winter kon ik trainen volgens mijn vertrouwde stramien en dat heeft geloond. Ik voel dat ik weer een sprong voorwaarts gemaakt heb. En al zijn het maar enkel procentjes, ze kunnen het verschil maken.”

 Je eerste resultaten waren dan ook bemoedigend?

“ Zeker. Elk jaar trek ik ’s winters naar Lanzarote. Daar vind ik het goede weer om te kunnen trainen. In februari is er dan elk jaar een trainingswedstrijd. Dit jaar won ik zowel de tijdrit als de wegrit.
Maar de eerste grote test was de internationale EHC-wedstrijd (European Handbike Circuit) in Rosenau op 31 maart. Deze wedstrijd in Frankrijk, steevast de eerste belangrijke afspraak van het seizoen, verloopt dikwijls erg gesloten met op het einde een groepssprint. Maar dan heb je nadien nog geen idee van de onderlinge waardeverhoudingen. Daarom plaatste ik dit jaar, kort na de start, een serieuze versnelling. Enkel Jetze Platt kon volgen. We waren aan elkaar gewaagd en hebben gesprint voor de overwinning. Ik moest aan de meet het onderspit delven, maar ben toch uitermate tevreden. Jetze Platt kreeg begin 2017 groen licht om over te komen van categorie H5 naar H4. Hij domineerde toen het hele seizoen met groot overwicht en kon demarreren wanneer hij wou.
Het is uiteraard gevaarlijk om al na 1 wedstrijd te oordelen. Maar ik heb duidelijk weer progressie geboekt en ben benieuwd hoe het verdere seizoen zal verlopen. “

Hoe zit het met je materiaal?

“ Ook bij het materiaal is er een voortdurende evolutie. Vorig jaar ontwierp Bioracer, de producent van innovatieve (fiets)kledij, een speciaal racepak voor mij. Dat pak is gemaakt uit verschillende soorten stof. Het materiaal op de romp moet vooral de luchtstromen langs het lichaam geleiden. De stof die gebruikt wordt voor de armen (die tijdens het biken dus “vol in de wind zitten”) moet de luchtstromen eerder breken.
Ook dit jaar kreeg ik terug een nieuwe fiets van Carbonbike. Het frame is, in het bijzonder vooraan, terug heel wat stijver. Daardoor gaat er minder kracht verloren. In topsport kunnen details beslissend zijn. “

Hoe ziet je programma eruit in 2018?

Eerstdaags ga ik terug naar Lanzarote voor een tweetal weken. Daar ga ik me voorbereiden op mijn eerste piek voor dit jaar: de wereldbeker in Oostende waar ik op 4 mei (tijdrit), 5 mei (de ploegaflossing) en 6 mei (wegwedstrijd) aan de start verschijn.
Vanaf dan verblijf ik vrijwel de hele zomer in België. Van hieruit maak ik dan de verplaatsingen naar de UCI-wedstrijd in Keulen (Duitsland, 19 en 21 mei), het Belgisch kampioenschap in Deurne (3 juni), de wereldbeker in Emmen (Nederland, 6-8 juli) en het wereldkampioenschap in Maniago (Italië, 2-5 augustus).
Dan vlieg ik naar Canada om er van 16-19 augustus deel te nemen aan de wereldbekerwedstrijd in Baie-Comeau. Op 26 augustus rijd ik de wedstrijd in Zwevezele. In september staat dan de EHC-race in Lugano (Zwitserland, 23 september) op het programma. In oktober is er dan nog de deelname aan de EHC-wedstrijd in San Remo (Italië, 7 oktober). En dan is het tijd voor rust.”

Terug een erg internationaal programma?

“ Ja, dat moet wel. Vanaf dit jaar wordt er gestreden om de plaatsen voor de Paralympics in Tokio. Daarvoor kijkt men in 2018 naar het beste resultaat in een WB-wedstrijd in Europa, het beste resultaat op een WB-wedstrijd buiten Europa, het wereldkampioenschap op de piste en het wereldkampioenschap op de weg. “

Hoe zit met de ambitie van jullie aflossingsploeg?

“ Met ons team behaalden we op de Olympische spelen in Rio een bronzen plak, dat blijft een unieke ervaring.
Zo’n team bestaat uit drie handbikers uit een verschillende categorie. Wil je kans maken op een overwinning, moet je uit elke categorie een klepper hebben. Christophe Hindricq is ondertussen 48 jaar oud. Hij is in zijn categorie nog steeds Belgische top, maar internationaal speelt zijn leeftijd hem toch al parten. Hij besloot om toch verder te doen voor onze aflossingsploeg en traint nu vooral op korte inspanningen. Hij zal ook veel minder wedstrijden rijden en zich sparen voor de team relay. Ongelooflijk tof en Jean-François De Berg en ikzelf kunnen hem enkel heel erg dankbaar zijn. “

Welke ambitie heb je voor 2018?

“ Mijn ambitie is om dit jaar zoveel mogelijk op het podium te mogen staan. Ik voorzie 2 pieken. Uiteraard wil ik goed presteren op de WB in Oostende en ook het wereldkampioenschap staat met stip aangeduid.”

Jonas, heel veel succes en we spreken af in Oostende!

Scroll naar boven